“En, wat wil jij later worden als je groot bent?” “Politie”, zei ik dan, zoals zoveel jongetjes. Maar ook kan ik me herinneren dat ik taxichauffeur wilde worden. En ijscoman. Uiteindelijk is het geen van allen geworden. De ene keer omdat ik gaandeweg blijkbaar betere alternatieven had gevonden; want mijn hele leven in een taxi rijden was misschien wel wat teveel van het goede. De andere keer omdat ik onoverkomelijke drempels zag bij mijn droombanen; want hoe kan een ijscoman genoeg verdienen als een bolletje maar zo weinig kost? (Ja, dat was toen nog zo). Maar ook een keer omdat het me werd afgeraden; op het voorgezet onderwijs zei de decaan me dat ik veel te goed kon leren om politieagent te worden.
Maar als ik dat dan toch echt wilde, adviseerde hij me om dan maar naar de Politieacademie te gaan. Maar dat wilde ik dan weer niet. Een agent hoorde in mijn beleving op straat, niet achter een bureau. Achter een bureau heb je toch geen zwaailichten en sirenes?! En misschien niet eens een uniform aan…
Zoektocht
Ben ik nou de enige die het zo lang moeilijk heeft gehad met beroepskeuze? Vast niet. Hoewel er grote groepen mensen zijn die al heel snel weten ‘wat ze willen worden’, is het voor velen een moeilijk te beantwoorden vraag. Als ik erop terugkijk, moet je al op een heel jonge leeftijd keuzes maken die zo ongeveer de rest van je leven bepalen. In ieder geval op carrièregebied. Had ik toen maar geweten wat ik nu weet. Maar ja, nu ben ik een heel ander mens dan toen. Dat is niet erg, want door alles wat ik heb meegemaakt, heb ik veel waardevolle ervaringen opgedaan en ben ik mezelf stapje voor stapje beter gaan leren kennen.
Vreemd genoeg heb ik mezelf pas echt goed leren kennen toen ik compleet vastliep in mijn werk. Of eigenlijk niet toen ik vastliep, maar juist in een werkloze periode daarna, waarin ik tot mezelf kon komen en alles even kon loslaten.
Werkgeluk
Vroeger had ik nog een heel romantisch beeld van werken. Zo stond bijvoorbeeld ‘werken op kantoor’ bij mij wel in hoog aanzien. Op de eerste werkdag van mijn allereerste echte baan (ik spreek over de vorige eeuw) kreeg ik zowaar een heus eigen bureau met een eigen computer. En een eigen mailadres, waarop ik de eerste dagen nauwelijks een bericht kreeg. Toen sprak ik de naïeve woorden “Ik zou willen dat ik wat meer e-mailtjes zou krijgen”, waarop mijn toenmalige manager legendarisch antwoordde dat ik daar nog wel spijt van zou krijgen. En inderdaad, op een bepaald moment had ik genoeg van al die mail. Mijn droombeeld van een kantoorbaan was uiteengespat. En het begon steeds meer te kriebelen; ik wilde iets anders, iets waar ik écht gelukkig van zou worden.
Volg je dromen
Toen kon het dromen pas echt beginnen, want nu had ik tenminste een portie werk- en levenservaring. Ik was globaal op de hoogte van hoe het er aan toe ging in de maatschappij en ik had links en rechts ook al heel wat andere beroepen gezien. De kaders waren veel helderder en realistischer.
Dromen is één ding, maar die dromen proberen te verwezenlijken, bleek iets heel anders. Dan zitten er toch wat haken en ogen aan, de bekende beren bleken mijn weg ook goed te vinden. Toen die langere tijd in de weg bleven staan, begon ik langzamerhand de moed te verliezen. En bijna had ik het echt opgegeven.
Maar als de nood het hoogst is, is de redding nabij. Of zoals ik later zou lezen: ‘Als de leerling gereed is, verschijnt de meester’. Ik was er klaar voor en de ‘meesters’ op mijn pad dienden zich aan. Ze leerden me dingen die ik op school nooit had geleerd. Om los te laten, om te voelen, om verdriet de ruimte te geven, om pijn bij de bron aan te pakken, om te houden van mezelf, om anders te helpen en nog veel meer. Er ging een wereld voor me open…
Idealen
En opeens besefte ik dat mijn dromen helemaal geen utopische vooruitzichten waren, mijn idealen kon ik wel degelijk vorm gaan geven! Door ‘gewoon’ te worden wie ik was, door mijn talenten te laten schitteren. In dat vertrouwensvolle gevoel werd ik meer en meer gesterkt door buitengewoon bijzondere mensen, die ik daar nog altijd dankbaar voor ben. En steeds meer ben ik met een andere bril naar de wereld en mijn rol daarin gaan kijken. Ik weet zeker dat er dingen mogelijk zijn die voor onmogelijk worden gehouden.
Als iedereen persoonlijk groeit en ontdekt waar zijn of haar kracht ligt, kunnen we met z’n allen zelfs de wereld veranderen. Dat klinkt voor sommigen vast een beetje afgezaagd, maar dan wil ik deze geweldige zin uit de geschiedenis onder de aandacht brengen (o.a. uitgesproken door Senator Robert F. Kennedy, gebaseerd op een citaat van George Bernard Shaw): “Some men see things as they are and say, why; I dream things that never were and say, why not.”
Terugslag
Natuurlijk was met mijn nieuwe kijk op het leven niet alles opeens rozengeur en maneschijn. Wel werd het struikelen over mijn angst en onzekerheid langzamerhand steeds minder. Mijn vertrouwen bleef groeien en ik kon de stappen uit mijn dromen ook in het echte leven zetten. Met tussenstapjes, dat wel. Maar dat is heel normaal. Een baby is niet opeens de volgende dag een volwassene. Een mens leeft en ontwikkelt. En laten we niet vergeten: de reis zelf is (ook) het doel.
Levensdoel
Wie wil ik zijn, wat wil ik doen met mijn leven? Dat overkomt je niet, dat is een keuze! Honderd kleine, bewuste keuzes kunnen er namelijk voor zorgen dat je een verbluffend resultaat behaalt, dat je dromen werkelijkheid worden. Uiteindelijk zie je dat zelf dan niet eens meer als verbazingwekkend, maar meer als een logisch gevolg van bepaalde stappen.
Vandaag kan iedereen die dat wil de eerste stap zetten. Ik verzeker je: het gevoel om iets te kunnen creëren in je leven is sensationeel! En als je eenmaal voldoende sterk, flexibel en geworteld bent, kan het soms meedogenloos hard stormen, maar dan val je niet om.